Tijd voor de volgende stap op het haakparcours: het dubbel stokje geeft je extra lengte per toer. Zo haak je het:
Het symbooltje voor het dubbel stokje in haakschema’s:
Dubbel stokjes haak je zo:
- Haak een ketting van lossen om deze steek te oefenen bvb. een ketting van 12 lossen.
- Sla de draad 2 keer om de haaknaald en steek hem in de 5° losse vanaf de haaknaald.
- Sla de draad nog een keer om en trek hem door de steek. Je hebt nu 4 lussen op de haaknaald.
- Sla de draad om en trek hem door de volgende twee lussen.
- Sla de draad nog een keer om en trek hem door de laatste lussen. Je hebt een dubbel stokje gehaakt. Nu de bewegingen nog inslijten 😉
Haak de volgende dubbele stokjes zo:
- Sla de draad 2x om de haaknaald. Steek de haaknaald in de eerstvolgende steek. Herhaal stap 2,3, 4 en 5 van bovenstaand stappenplan.
- Aan het einde van de toer haak je 4 keerlossen. (= een ketting van 4 lossen dus). Deze tellen mee als steek. Je haakt dus de 2° toer vanaf de tweede steek.
Duidelijker met een filmpje?
Hier komt het!
Zo! Je hebt nu in principe alle basissteken in de vingers:
- Haken doe je zo #1: de opzetlus
- Haken doe je zo #2: een ketting van lossen
- Haken doe je zo #3: de vaste
- Haken doe je zo #4: de halve vaste
- Haken doe je zo #5: het stokje
- Haken doe je zo #6: half stokje
- Het dubbele stokje leerde je in deze sessie 🙂
In principe kan je nu alle overige steken en patronen haken. Good luck!
Binnenkort leer je in deze instructiereeks nog steken meerderen en minderen, een geschreven patroon lezen en rond haken.
Leuke haakprojectjes?
- Een leuk haakwerkje in dubbele stokjes vind je hier: de perfecte gift poncho. Trouwens, al de aangeleerde steken zitten er bijna allemaal in!