Een weerkalender moeilijk om te haken? Helemaal niet! Met deze tips ga je zo aan de slag en genieten jouw kids er thuis, in de opvang of in de klas van.
Jonge kinderen zijn heel tactiel en in voor wat experimentele waarnemingen. Deze heerlijke weerkalender boordevol verrassingen is daar geknipt voor: knisperend regenwolkje, rinkelend en glinsterend zonnetje, pinkelende sneeuwvlokjes. Een weerpraatje maken helpt hen op zoveel vlakken groeien in hun woordenschat, waarneming, tijdsbesef, binding met de natuur. Een weerkalender biedt zoveel kansen. De pret begint al bij het uitzoeken van de juiste restjes wol, want de ene wolk is de andere niet. Wie weet trigger je wel de weerman-of vrouw in spé 😉
Nodig:
- restjes wol: alle mogelijke wolkenkleuren en warme kleuren voor de zon
- haaknaald 3mm
- schaar
- kleine pomponnetjes (wit, geel, rood, oranje, glitter)
- knisperfolie
- een belletje
- pijpenragers (wit en lichtblauw)
- gouden lint
- warme lijmpistool
- vulling, uit een oud kussen bijvoorbeeld
Doen:
- Haak wolkjes in allerlei kleuren. Ik vond een eenvoudig en gratis patroon voor wolkjes. Haak er telkens wel een lusje aan als je de wolkjes wilt ophangen.
- Haak de zon. Daar gebruik je de onderstaande haakinstructie voor (zie tips).
- Voor je de zon dichthaakt doe je wat vulling in de zon. Stop er een belletje bij. Dat geeft een leuk effect. Werk de zon af door een krans van pomponnetjes te kleven rond de zon. Trek wat gouden lint door de achterzijde van de zon.
- Je weerkalender is nu klaar om te gebruiken in de klas, in de opvang of thuis. Geniet er samen van.
Tips:
- Deze wolkjes en de zon zijn met de vaste gehaakt. Nog even opfrissen hoe het moet? Volg hier onze instructies en krijg de vaste helemaal onder de knie.
- Het sneeuwwolkje: dat is mijn lievelingswolkje geworden.Ik koos voor witte wol waar er een zilverdraadje door verweven zit. Zo kan ik het ijs beter weergeven, vind ik. Na het dichthaken en het vullen van het wolkje rijg ik enkele draadjes wol door de onderzijde van de wolk en lijm er witte kleine pomponnetjes aan vast. Enkele ervan glinsteren. Zo probeer ik de kou voor te stellen.
- De regenwolk: deze vind ik ook heerlijk om te maken. Voor de regenwolk gebruik ik een grijze glanswol. Zo probeer ik uit te beelden dat de wolk vocht bevat, die regen zal worden. Ik vul deze wolk met knisperfolie= plasticzakje dat flink geluid maakt. Zo horen de kleuters de regen als ze in het wolkje knijpen.
De regen die uit de wolk valt stel ik voor met stroken stevig doorzichtig folie die ik door de onderzijde van de samen gehaakte en opgevulde wolk rijg. Ook daarvoor gebruik ik een restje= folie die rond een wenskaart zat. Als de kinderen hun hand omhoog houden zoals wij vaak doen om te voelen als er neerslag valt bij het naar buiten gaan, dan kan je met de wolk even over hun handvlakken gaan. De stroken folie zullen ook een neerslag geluidje maken. - De donderwolk: deze wolk haak ik van een donkere, gespikkelde wol om de onrustigheid van de wolk weer te geven…misschien wordt het wel hagel! Voor de bliksemschichten gebruik ik één witte pijpenrager die ik onderin de wolk weef en daarna hoekig plooi.
- Wind: ook deze wolk krijgt zijn eigen, aparte look. Ik kies voor een donzig, vuilgrijs effect en weef na het vullen en dichthaken ook in de deze wolk een pijpenrager. Een lichtblauwe deze keer. Ik plooi de pijpenrager in spiraalvormen om de wind te kunnen voorstellen. Als je deze wolk aan de kinderen voorstelt, dan blaas je er wel best even bij zodat ze het effect van deze wolk voelen.
- De mooi weer wolk: Soms zitten er spierwitte wolkjes aan de hemel. Voor deze situatie haak ik een spierwitte wolk. De wordt zeker en vast vriendje met de zon 😉
- De zon: haak ik in bolvorm met geel garen:
ronde 1: 2 lussen, 6 vasten in de tweede lus vanaf de haaknaald;
ronde 2: 2 vasten in elke vaste rondom (12 steken)
ronde 3: 1 vaste, 2 vasten in de volgende vaste. Herhaal dit 6 keer;
ronde 4: 2 vasten, 2 vasten in de volgende vaste, herhaal dit 6 keer;
ronde 5: 3 vasten, 2 vasten in de volgende vaste, herhaal 6 keer;
ronde 6 tot en met 16: 30 vasten;
ronde 15: 3 vasten, 1 minderen, herhaal dit 6 keer;
ronde 16: 24 vasten;
ronde 17: 2 vasten, 1 minderen, herhaal 6 keer;
ronde 18: 1 vaste, 1 minderen, herhaal 6 keer;
Vul de zon;
ronde 19: 1 vaste overslaan, 1 vaste haken, herhaal 6 keer;
(Haak eventueel een lus aan de zon).
Hecht af en weef de uiteinden door je haakwerk.
- Deze weerfiguren kan je ophangen aan een tak, een haakje voor het raam, ….
- Elk stuk van deze weerkalender was heerlijk haken. Per stuk mag je ongeveer een uurtje tijd rekenen om het stuk te maken. Laat je inspireren en haak je eigen ding. Ik ben er zeker van dat ook bij jou de ideeën opborrelen tijdens het haken zodat jij vorm kan geven aan jouw weerkalender.